CONCERT-/TONEELRECENSIE.
Het Zuidelijk Toneel en Willem Breuker Kollektief in ‘Mahagonny Songspiel & Het Lied van de Stad’.
Regie Matthijs Rümke.
Theaters Tilburg, première, 22 januari 2011.

door: Rinus van der Heijden foto: Phile Deprez

Zuidelijk Toneel en Willem Breuker Kollektief magistraal in ‘Mahagonny Songspiel & Het Lied van de Stad’

Het Willem Breuker Kollektief trad voor het eerst op sinds de dood van de naamgever, vorig jaar.

Een bewegend schilderij. Tableau vivant noemden ze dat in vroeger tijden. Het leven in kunst uitgedrukt, maar dan binnen een kunstvorm die beweegt en daardoor symbolisch tot leven wordt gewekt. Je komt ze niet meer zo vaak tegen, die tablaux vivants. Maar Het Zuidelijk Toneel en het Willem Breuker Kollektief schroomden niet er een van stal te halen voor de produktie ‘Mahagonny Songspiel & Het Lied van de Stad’
Het Zuidelijk Toneel en het Willem Breuker Kollektief samen op de planken tijdens de premièrevoorstelling van ‘Mahagonny Songspiel & Het Lied van de Stad’.

Dit magistrale tableau vivant is er een van overrompelende kracht, schoonheid, durf en artistiek vakmanschap van topklasse. ‘Mahagonny Songspiel’ is een bewerking van de mini-opera ‘Aufstieg und Fall der Stadt Mahagonny’ van Bertold Brecht en Kurt Weill. Schrijver en componist stellen er de Duitse decadentie die heerste tussen de beide wereldoorlogen aan de kaak, gezien vanuit een marxistische visie. ‘Mahagonny Songspiel’ stelt die boodschap ook aan de orde, maar gaat met ‘Het Lied van de Stad’ nog een stap verder door de decadentie die in deze tijd weer volop de kop opsteekt, in een verpletterende caleidoscoop van beelden aan de ogen van de toeschouwers voorbij te laten razen.

Dat woord razen bergt een contradictie in zich, want de beelden komen voorbij op langzaam voortbewegende wagentjes. Maar wat daarop te zien is, tart elke fantasie. Je krijgt als kijker anderhalf uur lang een bombardement van beelden en indrukken die je volledig uitputten, maar tegelijk hongerig als een leeuw laten zijn naar wat er nog allemaal meer uit de onuitputtelijke fantasie van de makers kan stromen. De regievondsten zijn formidabel, de teksten beklijvend en er is humor, veel humor om het evenwicht tussen de zwaarwichtige boodschap en het naar ‘kan-het-niet-wat-minder’ kreunende publiek in stand te houden.

De vrijage van Het Zuidelijk Toneel (HZT) en het Willem Breuker Kollektief (WBK) is van een ongeëvenaarde schoonheid én vanzelfsprekendheid. De voorstelling was volledig mislukt zonder HZT, maar andersom ook als het WBK afwezig was geweest. In het eerste deel van de voorstelling, ‘Mahagonny Songspiel’ zou je HZT nog kunnen ontberen, omdat het hier toch vooral om muziek en tekst gaat. Maar in ‘Het Lied van de Stad’ is sprake van een totaaltheater waarbij elk radertje feilloos en tegelijk onontkoombaar in het andere grijpt.

In ‘Mahagonny Songspiel’ staat het Willem Breuker Kollektief achter op het podium in stijlvolle jaren dertig rokkostuums, compleet met bolhoed. Vier zangers en twee zangeressen zingen teksten, die op witte borden aan het publiek worden getoond. De muziek is gebaseerd op de in de jaren dertig razend populaire Amerikaanse music-halltraditie. Dat betekent eenvoud, klanken die onmiddellijk doorjagen naar je ziel. Het WBK kwijt zich ongelooflijk van zijn taak: het swingt harder dan alle beroemde big bands uit de jaren dertig, veertig en vijftig bij elkaar. En het verbijsterende is, dat het Kollektief ondanks de voorgeschreven partituur zijn eigen identiteit volledig behoudt. De bizarre aanklacht van Brecht/Weill tegen een wereld die gedoemd is ten onder te gaan komt keihard over met teksten als ‘Op een grijze ochtendstond, net aan de whisky, kwam god naar Mahagonny’. Om definitief te zinken met de woorden: ‘Mahagonny stort voor onze ogen in. Mahagonny is geen oord, maar een zelfverzonnen oord’.

Dan wordt de naadloze klik gemaakt naar ‘Het lied van de Stad’, in dit geval Tilburg. Een stad die evenzeer lijdt aan consumentisme en toekomstangst als welke andere plaats ook in de westerse samenleving. Op eindeloos voorbij rollende karretjes worden allerlei plekken en gebeurtenissen van Tilburg uitgebeeld. Zo schuift er een kantoorscene voorbij, maar ook een allochtoon echtpaar, secretaresses, thuiszorg, een schoolklas, een krantenlezende politieagente en een schoonmaakster. Echter ook vanzelfsprekendheden als het bezoek aan een dokter, een psychiater, de afhaalchinees, een luie allochtoon, een straatmuzikant, een drukdoenerige wijkagent en een kind met ADHD tonen de moderne hedendaagse samenleving.

Het WBK blijft in dit deel van de voorstelling wat meer op de achtergrond, maar gaandeweg schuiven de musici het toneelbeeld binnen. Spelend met ragfijne accenten en imponerende soli versterken zij de handelingen van karretjes, acteurs en figuranten. De muziek is onder meer uit de film ‘Faust’, er zijn bewerkingen van klassieke liederen, allemaal uit de koker van Willem Breuker en het slotstuk is een nieuwe compositie van trompettist Bernard Hunnekink. HZT gaat met deze meesterlijke productie op tournee. Na Tilburg strijken spelers en musici neer in Eindhoven, Roosendaal, Breda, Heerlen, Den Bosch, Utrecht, Den Haag en Rotterdam. In Tilburg waren stedelijke elementen ingevoegd in de vorm van spelers, een vrouwenkoor, een kinderklas en een stedelijke inwoner/verteller. In de voornoemde steden gaat dit ook gebeuren.

‘Het Lied van de Stad’ kreeg een adembenemend einde, toen de weinige decors omhoog werden gehesen en het publiek een blik werd gegund op de ingewikkelde technische procedure om de karretjes steeds van andere ‘inhoud’ te voorzien. In een kolkende finale met een groots Willem Breuker Kollektief en een ontroerende symbiose van beroepsacteurs en ‘gewone’ Tilburgse mensen, kookte de zaal over van enthousiasme. En de boodschap? Die was niet zo inktzwart als het einde van de stad Mahagonny. ‘Tilburg is geen Mahagonny, want in Tilburg heb ik recht op geluk’, zo luidde het dictaat. Afwachten echter of de toekomst dit gestand doet.

Het Willem Breuker Kollektief treedt in deze tournee voor het eerst op sinds de dood vorig jaar van leider/componist Willem Breuker. Het treedt in maart en april nog enkele keren op in het land en gaat zich dan voorbereiden op een ‘Memorial Tour’ in binnen- en buitenland. Na dit eerbetoon gaan de pannen erop, zoals het er nu naar uitziet. Gewoon omdat Willem Breuker er niet meer is en er geen passend materiaal voor dit wonderbaarlijke orkest meer kan worden geschreven.

  • Het Zuidelijk Toneel – Willem Breuker Kollektief – Willem Breuker
  • ‘Mahagonny Songspiel & Het Lied van de Stad’ is nog te zien tot en met 1 maart in verschillende steden in Nederland: tourschema